Een functie toewijzen

Druk op de [MENU]-knop.
Tik op <CTL/EXP>.
Tik op <CONTROL FUNCTION>.
Draai aan de [SELECT]-regelaar om het item te selecteren dat u wilt instellen.
Door aan de regelaar te draaien, verplaatst u het geselecteerde item verticaal.
Draai aan de [1]–[4]-regelaars om de waarde te bewerken van het item dat voor elke schakelaar is geselecteerd.
Druk op de PAGE [Ë]-knop om de volgende pagina weer te geven. Druk op de PAGE [Í]-knop om de vorige pagina weer te geven.
Welke besturingsfuncties u kunt configureren is afhankelijk van de besturingsmodus die u gebruikt. De gebieden die u kunt configureren, worden wit aangegeven en de gebieden die u niet kunt configureren, worden grijs weergegeven.

De functies voor de voetschakelaar en het expressiepedaal moeten voor elk geheugen worden opgegeven. Als u echter “PREF (PREFERENCE)” instelt op SYSTEM, zullen deze functies door alle geheugens gezamenlijk worden gebruikt.

MEMO

Met de GX-10 kunt u meerdere pedaaleffecten in de effectketen rangschikken, zoals FOOT VOLUME, WAH enzovoort. In CONTROL FUNCTION is het pedaaleffect ingeschakeld dat aan het begin van de keten is geplaatst (of bij “A CH” in DIV/MIX).