Uw uitvoering in realtime opnemen (real-time input)

Hier leest u hoe u uw uitvoering opneemt op de samplepads, de klavierknoppen en van een extern MIDI-apparaat.

 

 

  1. Druk op de [ó]-knop.
  2. Druk op de [ø]-knop.
  3. De opname begint.
  4. Druk op de samplepads of de [GRANULAR]-pad en begin enkele noten te spelen.
  5. De timing van de noten en geluiden die u speelt op samplepads of de [GRANULAR]-pad worden opgenomen in het patroon.

  6. MEMO

    1. U kunt uw uitvoering ook in de maat opnemen met de metronoom.
    2. Raadpleeg de “Metronome”-parameter voor meer informatie over hoe u de metronoom kunt laten spelen.
    3. Wanneer de [KYBD]-knop is ingeschakeld, werken de stapknoppen als klavierknoppen.
    4. U kunt de klavierknoppen gebruiken om de sample af te spelen die u hebt geselecteerd met de samplepads of de [GRANULAR]-pad, als noten op een schaal.
    5. Verder kunt u dit opnemen met behulp van realtime invoer.
    6. U kunt opnemen wat u speelt via realtime invoer van een extern MIDI-klavier dat is aangesloten op dit apparaat.
    7. Als u op de [ó] (QUANTIZE)-knop drukt terwijl u de [SHIFT]-knop ingedrukt houdt, kunt u realtime invoeren terwijl de gegevens worden gekwantificeerd (REC quantize).
    8. Op het display wordt “On” weergegeven.
    9. Wanneer u dit doet, wordt de timing van de noten die u in realtime invoert, afgestemd op de stappen die u tijdens het opnemen uitvoert (de micro-timing van de noten worden opgenomen als “0”).
    10. Om "REC quantize" uit te schakelen, drukt u nogmaals op de [ó] (QUANTIZE)-knop terwijl u de [SHIFT]-knop ingedrukt houdt.
    11. Op het display wordt “OFF” weergegeven.
    12. Wanneer u aan de [PITCH]-, [START]-, [END]- of [LEVEL]-regelaars draait terwijl u opneemt, wordt de beweging van de regelaars ook opgenomen.
    13. Als er een patroon wordt afgespeeld, kunt u de opgenomen bewegingen van de regelaars laten afspelen.
    14. Raadpleeg “De bewegingen van de regelaars opnemen” voor meer informatie.
  7. Druk op de [ó]-knop om de opname te beëindigen.
  8. Hiermee wordt de patroonopname beëindigd.

MEMO

  1. U kunt de patrooninstellingen herstellen naar hoe ze waren voordat ze werden bewerkt.
    Raadpleeg “De huidige patrooninstellingen herstellen naar hun oorspronkelijke status” voor meer informatie.
  2. U kunt alleen de patroonsequentiegegevens herstellen naar de manier waarop deze waren vóór het bewerken.
    Raadpleeg “De sequentiegegevens van het huidige patroon herstellen” voor meer informatie.