De ruisonderdrukker configureren

De RT-2 heeft een ingebouwde ruisonderdrukker die ongewenste ruis kan verminderen.

Volg de onderstaande stappen om de werking van de ruisonderdrukker te wijzigen.

Schakel de RT-2 uit (haal de kabel uit de INPUT A (MONO)-aansluiting).
Draai de [SLOW]-regelaar naar de maximuminstelling (MAX).
Draai alle andere regelaars behalve de [SLOW]-regelaar naar de minimuminstelling (MIN).
Zet de [MODE]-schakelaar in de “III”-stand.
Schakel de stroom in door een stekker aan te sluiten op de INPUT A (MONO)-aansluiting terwijl u de pedaalschakelaar ingedrukt houdt.
De CHECK-indicator knippert en het apparaat gaat in de instellingenmodus.
Zet de [MODE]-schakelaar in de stand die overeenkomt met het gewenste effect van de ruisonderdrukker.

Stand [MODE]-schakelaar	Kleur CHECK-indicator	Uitleg
I	Rood	Schakelt de ruisonderdrukker uit (fabrieksinstelling).
II	Groen	Deze instelling van de ruisonderdrukker is effectief voor lage ruisniveaus.
III	Oranje	Deze instelling van de ruisonderdrukker is effectief voor hoge ruisniveaus.

Met deze instelling kunt u het geluid van het effect controleren. Hiermee kunt u de ruisonderdrukker configureren terwijl u de effectiviteit ervan controleert.
Druk op de pedaalschakelaar.
De CHECK-indicator knippert snel rood en de instelling van de ruisonderdrukker wordt in het geheugen opgeslagen.
Het apparaat kan na ongeveer 2-3 seconden normaal worden gebruikt.