MANUAL (handmatige modus)

Deze modus is voor het bedienen van de functies die aan elke schakelaar zijn toegewezen. De instelling kan voor elk geheugen en voor het systeem worden veranderd.

[É]-schakelaar

[Ç]-schakelaar

[C1]-schakelaar

Bedient de toegewezen functie.

Bedient de toegewezen functie.

Bedient de toegewezen functie.

U kunt de hieronder weergegeven methode gebruiken om naar de handmatige modus te schakelen, naast het openen van de modus via het MENU-scherm dat wordt weergegeven in “De besturingsmodus selecteren”.

  1. Houd in de omhoog/omlaag-modus de [Ç]- en [C1]-schakelaars tegelijkertijd ingedrukt.

 

De schakelaars in handmatige modus toewijzen

In de handmatige modus kunnen de functies die zijn toegewezen aan de [É][Ç][C1]-schakelaars als volgt worden gewijzigd.

  1. Druk op de [MENU]-knop.
  2. Tik op <CTL/EXP>.
  3. Tik op <ASSIGN SETTINGS>.
  4. Het ASSIGN SETTINGS-scherm verschijnt.
  5. Draai aan de [SELECT]-regelaar om ASSIGN NUMBER (NUM) te selecteren.
  6. Door aan de regelaar te draaien, verplaatst u het geselecteerde item verticaal.
  7. Gebruik de [1]–[4]-regelaars om parameters te selecteren of de waarden te bewerken.

Regelaar

Instelling

Uitleg

[1]

SOURCE

Selecteert de schakelaar waaraan de functie is toegewezen in de handmatige modus.

[2]

MODE

Selecteert de bedieningsmodus voor de voetschakelaar die u hebt geselecteerd met de [1]-regelaar.

TOGGLE: schakelt de instelling in/uit telkens u op de voetschakelaar drukt.

MOMENT: de instelling staat normaal gesproken uit, maar wordt ingeschakeld wanneer de voetschakelaar wordt bediend.

[3]

CATEGORY

Selecteert het effect dat met een voetschakelaar wordt bediend.

[4]

PARAMETER

Selecteer de parameter voor het effect dat u met de [3]-regelaar hebt geselecteerd en die u met de voetschakelaar wilt bedienen.

Elk ASSIGN NUMBER (NUM) voor de instellingen dat aan elk van de schakelaars is toegewezen, wordt weergegeven op het scherm van de besturingsmodus.

In het ASSIGN SETTINGS-scherm kunt u naast de voetschakelaarfuncties die in de handmatige modus worden gebruikt, verschillende functies toewijzen. Raadpleeg “ASSIGN SETTING” voor meer informatie.