Looper
U kunt opnemen wat u afspeelt (maximaal 38 seconden in mono en maximaal 19 seconden in stereo) en het apparaat het opgenomen gedeelte steeds opnieuw als een lus laten afspelen. U kunt aanvullende uitvoeringen in lagen toevoegen aan de opname terwijl deze wordt afgespeeld (overdubbing).
Hiermee kunt u realtime backinguitvoeringen maken wanneer en zoals u zelf wilt.
U moet de looper ergens in de effectketen plaatsen om hem te kunnen gebruiken.
U moet ook de opname-, afspeel- en overdubfuncties van de looper toewijzen aan de gewenste schakelaars.
Hier volgt een voorbeeld van hoe u de [C1]-schakelaar op dit apparaat of een externe voetschakelaar aangesloten op de CTL 2, 3/EXP 2-aansluiting op dit apparaat in de omhoog/omlaagmodus kunt gebruiken om de looper te bedienen.
De looper in de effectketen plaatsen
- Selecteer het geheugen waarmee u de looper wilt gebruiken.
- Volg de stappen in “Effectplaatsing” om de looper in de effectketen te plaatsen.
Looperfuncties aan schakelaars toewijzen
- Volg de stappen in “De besturingsmodus selecteren” om naar de omhoog/omlaag-modus te schakelen.
- Volg de stappen in “Een functie toewijzen” om het CONTROL FUNCTION-scherm weer te geven.
- Druk op PAGE [Ë] om de volgende pagina weer te geven.
- Voor “CTL 1”, “CTL 2” en “CTL 3” stelt u FUNCTION als volgt in.
Parameter | Waarde | Uitleg |
---|---|---|
CTL 1 | LOOP CTL | De opname wordt gestart. Telkens wanneer u op de schakelaar drukt, wisselt de bediening tussen afspelen en overdubben. Druk tweemaal om het afspelen te stoppen. Houd lang ingedrukt om de opname te wissen. |
CTL 2 | LOOP STOP | Het opnemen of afspelen wordt gestopt. |
CTL 3 | LOOP CLEAR | De opname wordt gewist. |
Niveau-instellingen voor herhaaldelijk afspelen
Als u het afspeelniveau instelt op 100 (standaardwaarde), is het volume van de uitvoering en het volume van het herhaaldelijk afspelen identiek.
Als u het afspeelniveau instelt op een lager niveau dan 100, is het volume van het afspelen lager dan het volume van de uitvoering. Als gevolg hiervan wordt het geluid van de uitvoering niet overstemd door het geluid van het herhaaldelijk afspelen, zelfs niet wanneer u een aantal keren een opname maakt.
- Volg de stappen in “Basisprocedure voor het bewerken van effecten” en tik op het “LOOP”-pictogram op het effectketenscherm.
- Draai aan de [1]-regelaar om de waarde voor “PLAY LEVEL” op te geven.
Kleur van schakelaar
De schakelaars lichten in de volgende kleuren op wanneer u de looperfunctie op dit apparaat aan een voetschakelaar toewijst.
Kleur | Status |
---|---|
Rood | Opnemen |
Oranje | Overdubben |
Groen | Afspelen |
Groen (knipperend) | Gestopt (frase aanwezig) |
Blauw | Gestopt (geen frase) |
MEMO
Als COLOR MODE is ingesteld op “TYPE 2”, gaan de schakelaars als volgt branden.
Kleur | Status |
---|---|
Rood | Opnemen |
Geel | Overdubben |
Blauw | Afspelen |
Blauw (knipperend) | Gestopt (frase aanwezig) |
Blauw | Gestopt (geen frase) |